Antwerpen
– Spanje
Op 30 november – met dank aan veel
koffie in de tankstations – komen we aan in Zuid Spanje na een rit
van 2350km. Lucien deed het prima!
Een dagje rusten in Tarifa bij Kris en
Marie, de boot vastleggen en gezellig wat wennen aan het idee dat we
voor 4 maanden vertrokken zijn.
Eerste
avonturen op Afrikaanse bodem (in de kou)
We nemen de boot op 2/12 vanuit
Algeciras om 10u. Na een prachtige vaart tussen Europa en Afrika
komen we 1,5 uur later aan op Afrikaanse bodem. De douane en import
van Lucien vraagt zijn tijd ( we wisten toen niet beter: dit ging
eigenlijk zeer snel) en tegen 13u kunnen we beginnen te rijden!
We willen onze eerste nacht gaan slapen
bij Ksar El Kebir, bij het meer . We vinden het meer snel maar waar
is de weg ernaartoe ? (we wilden er graag naast slapen) Uiteindelijk
kiezen we voor een plek tussen de heuvels rond het meer en beginnen
aan het avondritueel waar er nog zoveel van gaan komen: koken, tent
opzetten, Geert boort nog enkele gaten bij in de steunpalen en we
genieten van boontjes, patatjes en koevlees (taai, eigenlijk hoort
het uren te garen in een tajine)
De volgende dag, het volgende meer: we
willen tot aan het Aguelmame Azigza meer geraken. Rit van 350 km
(lijkt niet veel, maar kost ons toch de hele dag op deze bochtige
bergpaden). De gps geeft aan dat we de hoofdweg moeten verlaten 30km
voor het meer: we rijden een zijweg in, mooi en rustig in het begin,
na 10km begint het te stijgen, te kronkelen, te klimmen, de weg
verandert in brokken steen, de hoogtemeter stijgt en blijft stijgen,
buiten wordt het steeds kouder. Op een gegeven moment staan we op
1500m hoogte en is de mist zo dicht dat we amper enkele meters voor
de auto kunnen kijken. Wat omhoog gaat, moet ook weer naar beneden
denken we en we gaan dapper verder. Modder, bossen, en Lucien trekt
het allemaal. Ongeveer 7 km voor ons eindpunt zien we een grote plas
water die de weg onderbreekt. Bij het uitstappen wordt al snel
duidelijk dat het het hier ijskoud is, de wind raast en we kunnen
niet goed inschatten of het aan het meer dan wel warmer zou zijn: dit
is bijna erger dan een Belgische winter! Où est le lac?
We zien amper hoe diep het water is – van de plas op de weg, het
meer hebben we nog steeds niet gezien - we besluiten er niet door te
rijden: we willen niet vastzitten in dit weer! Terug naar beneden
dus. Onderweg zien we 2 mannen die hun bocht gemist hebben en vast
zitten in de berm. Geert wil hen helpen maar ook Lucien krijgt hen er
niet uit. En als zelfs Lucien het niet kan...
We rijden dan maar verder naar Khérifra
en er voorbij, nemen een zandweg naast de hoofdweg, slaan onze Gaby
op midden in de velden, met veel gure wind en regen. Vandaag weer een
goede 350 km afgelegd. We maken spaghetti en dat smaakt. Vroeg bedje
in. 's Nachts veel onweer, wind en regen maar de Gaby houdt goed
stand, gelukkig.
Op
naar de zon + even rust tussen de campers
Op 4/12 rijden we richting Marrakesh
hopend dat in het zuiden de zon schijnt. In de namiddag vinden we de
zon en rijden door naar Ben Guerir. We kamperen in een open veld: een
vlakte vol met stenen, mooie rustige plaats. Geert maakt een tajine.
Onder het vele maanlicht is er geen extra licht nodig, de sterren
zijn massaal aanwezig, ongelooflijk! De nacht is koud maar blijft
droog, we worden met de zonsopgang wakker (Geert filmt het). We
zitten vlakbij de autostrade dus kunnen vandaag kilometers maken: 512
zullen het er uiteindelijk worden! We gaan richting Agadir en we
voelen de zon steeds harder branden!!!
In Agadir willen we dicht bij de zee
kamperen en kiezen voor camping Takat, vlakbij Sidi Bibi. We zijn
blij om even de luxe te hebben om te douchen en onze kleren te
wassen. Op de camping verkopen ze pintjes en wijn (iets wat
onvindbaar is in Marokko) en we vinden dat we het wel verdiend hebben
nu. De camping staat vol met Franse gepensioneerden die naar hier
trekken voor 3 à 6 maanden met hun camper en quad. Ze zijn
vriendelijk en onder de indruk van onze reis, Lucien en Gaby. Ze
geven ons koekjes en tomaten want wij zijn “les jeunes”!
De man van de camping – Jacky –
kent een garagist die ons kan helpen om Lucien “putklaar” te
maken. We zijn te zwaar geladen en denken erover om onze achtervering
te laten verstevigen. Waar we niet aan gedacht hebben: het is al
vrijdagavond en zullen hier dus moeten blijven tot maandag aangezien
Pascal – de garagist – niet werkt in het weekend.
Weekendje aan zee: we (lees: Geert)
klussen wat aan Lucien, Griet en Els wandelen eens naar de zee (4
km), maar dat is iets minder idyllisch dan verwacht: het strand is
heel vuil, er staan oude huisjes aan het water die hun beste tijd
gehad hebben. Niet echt uitnodigend om te gaan relaxen. Bovendien
lagen we iets te dicht bij het water en kwam de zee iets te snel op
en was Griet haar handdoek helemaal nat.
We hebben nog veel groenten –
onderweg kosten die echt niets; we kunnen een curverbox vullen voor 5
euro, alles wordt ook samen gewogen, 1 prijs voor alle groenten, zeer
vreemd. We maken bloemkoolsoep, lekker!
(klein detail: De rekening van de
camping kostte ons meer aan wijn dan aan overnachtingen...)
Lucien
de Grote wordt nog Groter
Op maandag 8/12 eindelijk naar de
garage van Pascal in Agadir! Pascal kan ons diezelfde dag verder
helpen met nieuwe achtervering en amortisseurs. Joepie! Om 16u is de
klus geklaard, oef! Het wachten zorgde voor heel wat stress bij Geert
en het stukje Agadir waar we rondhingen was ook niet echt heel
gezellig. Maar! Alles is goed gekomen, Lucien ziet er lekker hoog uit
en kan nu alle putten aan!
We gaan op weg – in de avondspits van
Agadir: niet voor doetjes! – en proberen die dag toch verder te
komen dan waar we vanmorgen vertrokken zijn (camping lag een eindje
onder Agadir), we rijden tot het donker is en gaan op een veld staan.
In de verte zien we autolichten maar ze blijven ver weg. Een tijd
later komt er een man naar ons en probeert in zijn beste Frans ons
uit te leggen dat er die nacht nog 6 andere tractoren zullen passeren
om de velden rond de auto om te spitten.( of dat hij 6 velden gaat
omspitten, of iets anders met een 6 en tractors...) En inderdaad, bij
volle maan worden 's nachts verschillende velden rondom ons omgespit,
in de Gaby lijkt het alsof ze naast ons aan het rijden zijn, in de
ochtend zal blijken dat het heel ver weg was. We zien in de avond
een mooie sterrenhemel met een prachtige maan.
Verder
en verder naar het Zuiden en het zand
Dinsdag 9/12 was het ons doel om in Tan
Tan te geraken maar we kunnen het zelfs achter ons laten en halen El
Outia – even stoffig en zanderig. Griet wordt onderweg tegen
gehouden door de politie: te hard gereden! 88km/u waar je maar 80km
mocht rijden. De politieman die verstopt was zat wel bovenaan de
heuvel, natuurlijk dat ik wat gas gaf. (= excuses van Griet) Swat,
niets aan te doen, eerste boete is binnen van 300 dirham (een goede
30 euro).
We kamperen langs het strand tussen de
duinen. In de verte zitten 2 vissertjes, die blijven er blijkbaar ook
slapen – elke avond dan. In de ochtend moeten we wat 4x4 power
gebruiken om uit de duinen te geraken, voor de eerste keer wordt de
schop ook boven gehaald.
Het eerste deel van de weg gaat
vlotjes, de wegen zijn goed en het landschap verandert steeds meer in
zand, zand, Sahara-zand! Goede wegen zorgen dat Geert deze keer te
snel rijdt – ook exact 8 km, we zijn ondertussen getraind in het
omgaan met controle posten en we slaan een praatje met de agenten.
Als Griet de boete heeft betaald, steekt de agent het geld terug
tussen onze papieren en zegt dat we mogen doorrijden. Woehoew! Dank u
Marokkaanse politie, onze vriend! De controle wordt verhoogd
onderweg, we passeren een tiental posten per dag waar de
agenten/soldaten gezellig praatjes maken, (“Vous venez d'ou? Quelle
est votre profession? ...” ) Het komt zover dat Geert een liedje
moet zingen voor de agenten aangezien hij muzikant is, dat Geert een
drummer is, daar wil hij niet van weten. Het wordt dan een prachtig
optreden van “Broeder Jacob”, met zelfs een stukje in het Frans!
We kamperen (voor wie de dagen
bijhoudt: het is ondertussen 10/12) iets voorbij Boujdour. We gaan
van de weg af en tot achter een rotsheuveltje – beetje
prehistorisch landschap hier. Op de vlakte waait het erg hard.
Stoofpotje als avondmaal. We hebben vandaag toch nog eens 480km
kunnen rijden: het gaat vlotter dan verwacht: door de Sahara loopt
een prima weg!
Op 11/12 vertrekken we vroeg: er staat
veel wind, snel koffie maken en vertrekken. Deze morgen kregen we de
chauffeursdeur van Lucien niet meer open: een klusje voor Geert, maar
dat is in deze verschrikkelijke wind onmogelijk. Instappen zal dus nu
voorlopig langs de passagiersstoel moeten (via de hendel van de
autowissers, elke keer weer). Er duiken ook steeds meer en meer
vliegen op; Afrika zit nu echt in de auto. Geert wordt terug
tegengehouden wegens te snel rijden, deze keer 70 ipv 60 km/u, en
praatjes helpen niet: boete van 300 dirham! We hebben gelukkig nog
enkele euro's over en kunnen wisselen in een benzinestation vlakbij
om de boete te betalen (mooi handeltje voor de benzinehouder én de
politie: terwijl we de boete staan te regelen, moeten er nog 5
auto's aan de kant – van buitenlanders – toeval?)
We hebben vandaag de kaap van 500 km
gerond en eindigen de dag tussen het vele witte zand: een
zandweggetje leidt naar zee. Een militair komt ons tegemoet: we mogen
op “zijnen oprit” kamperen zolang we maar geen foto trekken van
zijn huisje (militair eigendom). We wandelen door de mooie kleine
heuveltjes van witte duinen naar de zee en vinden een mooie blauwe
zee. Geert probeert om te vissen en niet veel later komt de militair
zijn vislijn tonen aan Geert en vissen ze zonder succes verder. We
eten rijst, sperziebonen met een tomaatje en een blik zalm (dus toch
vis op het menu).
In
de zandbak
Op 12/12 is het eindelijk zover: we
hopen vandaag uit Marokko te rijden, het was groter dan we dachten en
duurde langer dan verwacht om eruit te geraken. Tijd voor iets
nieuws: de Sahara!
Na 70km rijden komen we om 10u aan de
grenspost. Om 13u45 kunnen we eindelijk door de poort Marokko uit.
Heel de voormiddag gebeurde er weinig meer dan wachten tot er kon
doorgereden worden. Aangezien onze chauffeursdeur nog niet terug open
kan, is het bakken in de auto tot we weer even vooruit kunnen.
Na de poort doorzoekt de douane Lucien
op alcohol en drugs. De whiskey zit goed verstopt en wordt niet
gevonden (mwoehaha!). Griet haar tampons zijn een raadsel voor deze
mannen, ze doen er eentje open en snappen het nog niet echt... Onze
wegenkaarten van Marokko en noordelijk West Afrika zijn we kwijt: ze
zijn verboden omdat er Western Sahara opstaat en niet Marokko Sahara.
(Achteraf bedenken we dat we uit hun land gingen dus wat is nu
eigenlijk het probleem?)
Om 14u48 rijden we Marokko buiten in
het letterlijke Niemandsland.
5 km van chaos, geen duidelijke weg,
gewoon wat rotsen en zand, rondscheurende Mercedessen, afval overal,
en iedereen die maar rijdt om zo snel mogelijk aan de grens van
Mauretanië te geraken. Blij om in de verte het gebouw van de grens
van Mauretanië te zien staan. Het gaf toch niet zo een prettig
gevoel om in dat Niemandsland rond te rijden.
Aangekomen in Mauretanië om 15u15. Een
fiksertje (man die zonder vragen zijn diensten aanbiedt bij het
helpen van de papieren) neemt ons mee in het eerste gebouwtje. Het
probleem is dat we geen euro's meer op zak hebben. Onze dollars
moeten omgewisseld worden naar ougouiya's die moet omgewisseld worden
naar euro's om te kunnen betalen voor politie, customs, déclaration,
verzekering,... Het eerste fiksertje wordt kwaad weggestuurd door
Geert (hij maakt de zaak enkel nog chaotischer) We moeten wachten bij
het bueautje om onze auto te importeren, dan ondertussen even langs
het bureautje om onze vingerafdrukken en foto's te laten nemen voor
ons visa. Dan terug naar ander bureautje... en overal wachten.
Uiteindelijk is het 17u en hebben we
nog 1uur om alles geregeld te krijgen want dan sluit de grens. Het
fouilleren van de auto gaat hier iets sneller dan in Marokko –
Griet geeft de man een schelp als geschenk en de controle is
afgerond. Na nog het regelen van een autoverzekering verlaten we om
17u52 te grenspost van Mauritanië. Net op tijd, over 8 min sluit de
grens... blij maar moe beginnen we te rijden naar Nouadhibou om daar
te overnachten op camping Abba, wildkamperen in Mauretanië lijkt ons
iets te link. Onderweg nog eens een 6tal controleposten waar we een
identiteitsfiche afgeven met al onze gegevens. Aangekomen op de
camping, gaan we uit eten (met wifi!) om onze 14dagen-verjaardag te
vieren.
13/12: Vandaag is het de grote dag van
Lucien: we passeren de 5000km stand op de auto!!! – sinds we
vertrokken zijn, de echte Lucien-teller staat op 297.000 ( al hebben
we ontdekt dat Lucien eigenlijk 10% meer km aflegt met zijn grote
banden)
We rijden vandaag van noord naar zuid
door Mauritanië. Rijden, rijden, door zand rijden, rijden, hete zon,
zand en ga zo maar door.. het landschap is adembenemend maar om er in
te rijden gaat het snel vervelen. De weg is wel super dus kunnen we
goed doorrijden: het gaat eindeloos rechtdoor. Onderweg worden we zo
een 15 keer tegen gehouden bij controlepostjes. We overnachten op een
mooi strandje nabij Nouakchott (=hoofdstad), in een nomadententje op
een Club Med-achtig resort. Mooi plekje! Geert heeft nu tijd om de
voordeur van Lucien te maken (toch handig om langs de juiste deur
naar buiten te kunnen) en ondertussen mogen we van de
restauranteigenaar ons stoofpotje klaarmaken in zijn keuken. Diner op
ons picknicktafeltje op het strand dat we ondertussen helemaal voor
ons alleen hebben: zalig! We zitten nog steeds in de zandbak, maar
dit voelt toch even iets anders aan.
Zondag 14/12 willen we Mauritanië uit,
we hebben genoeg van het zand. Hoewel we langs Diama via de dam naar
Senegal willen gaan, is er al een fiksertje (“Mohammed Aly” no
kidding) gealarmeerd dat er 3 Belgen op weg zijn naar de grens. Ze
staan ons op te wachten op het kruispunt Rosso/Diama. Diama grens is
al dicht ( we zijn laat omdat we vanmorgen een uur verloren zijn bij
het zoeken van een geldautomaat) in de hoofdstad) dus wordt het Rosso
met de boot. Ook de rest van de dag volgt daar een gevecht met de
fiksertjes, wachten, van kantoortje naar kantoortje, veel te veel
geld betalen, uiteindelijk kunnen we om 16u op de ferry. In Senegal
volgt dan het volgende geregel, gelukkig hadden we al visa op zak en
vanaf hier telt de Carnet de passage voor Lucien – dat maakt het
ook wat vlotter.
Ons fiksertje heeft een jongetje de
opdracht gegeven om op Lucien te passen terwijl we onze visa
biometrisch in orde maken. Wanneer Els en Griet later gaan kijken
heeft hij Lucien gewassen. Oh NOOO! Els en Griet worden boos (echte
dramaqueens zijn we soms), we willen Lucien niet kuisen, hij zag er
juist stoer uit als hij vuil was. We betalen hen ook niet voor het
wassen, we hebben het niet gevraagd; nèh!
Om 17u beginnen we nog aan een tocht
van meer dan 100km om in Saint Louis te geraken, we gaan er
overnachten in de Zebrabar. Er zouden regelmatig overlanders komen en
misschien kunnen we wat van gedachten wisselen over de komende route.
We volgen een donkere weg en komen uiteindelijk in een natuurpark
aan. Hoewel het donker is horen we de zee dichtbij, staan de pintjes
koud klaar en eten we mee met de pot couscous. Welkom in Senegal!
Hier gaan we even blijven plakken...
tof!! :-)
BeantwoordenVerwijderen