dinsdag 16 december 2014

Na 2 dagen zon en strand tijd om wat verslag op te maken....

Antwerpen – Spanje
Op 30 november – met dank aan veel koffie in de tankstations – komen we aan in Zuid Spanje na een rit van 2350km. Lucien deed het prima!
Een dagje rusten in Tarifa bij Kris en Marie, de boot vastleggen en gezellig wat wennen aan het idee dat we voor 4 maanden vertrokken zijn.













Eerste avonturen op Afrikaanse bodem (in de kou)
We nemen de boot op 2/12 vanuit Algeciras om 10u. Na een prachtige vaart tussen Europa en Afrika komen we 1,5 uur later aan op Afrikaanse bodem. De douane en import van Lucien vraagt zijn tijd ( we wisten toen niet beter: dit ging eigenlijk zeer snel) en tegen 13u kunnen we beginnen te rijden!
We willen onze eerste nacht gaan slapen bij Ksar El Kebir, bij het meer . We vinden het meer snel maar waar is de weg ernaartoe ? (we wilden er graag naast slapen) Uiteindelijk kiezen we voor een plek tussen de heuvels rond het meer en beginnen aan het avondritueel waar er nog zoveel van gaan komen: koken, tent opzetten, Geert boort nog enkele gaten bij in de steunpalen en we genieten van boontjes, patatjes en koevlees (taai, eigenlijk hoort het uren te garen in een tajine)
De volgende dag, het volgende meer: we willen tot aan het Aguelmame Azigza meer geraken. Rit van 350 km (lijkt niet veel, maar kost ons toch de hele dag op deze bochtige bergpaden). De gps geeft aan dat we de hoofdweg moeten verlaten 30km voor het meer: we rijden een zijweg in, mooi en rustig in het begin, na 10km begint het te stijgen, te kronkelen, te klimmen, de weg verandert in brokken steen, de hoogtemeter stijgt en blijft stijgen, buiten wordt het steeds kouder. Op een gegeven moment staan we op 1500m hoogte en is de mist zo dicht dat we amper enkele meters voor de auto kunnen kijken. Wat omhoog gaat, moet ook weer naar beneden denken we en we gaan dapper verder. Modder, bossen, en Lucien trekt het allemaal. Ongeveer 7 km voor ons eindpunt zien we een grote plas water die de weg onderbreekt. Bij het uitstappen wordt al snel duidelijk dat het het hier ijskoud is, de wind raast en we kunnen niet goed inschatten of het aan het meer dan wel warmer zou zijn: dit is bijna erger dan een Belgische winter! Où est le lac? We zien amper hoe diep het water is – van de plas op de weg, het meer hebben we nog steeds niet gezien - we besluiten er niet door te rijden: we willen niet vastzitten in dit weer! Terug naar beneden dus. Onderweg zien we 2 mannen die hun bocht gemist hebben en vast zitten in de berm. Geert wil hen helpen maar ook Lucien krijgt hen er niet uit. En als zelfs Lucien het niet kan...
We rijden dan maar verder naar Khérifra en er voorbij, nemen een zandweg naast de hoofdweg, slaan onze Gaby op midden in de velden, met veel gure wind en regen. Vandaag weer een goede 350 km afgelegd. We maken spaghetti en dat smaakt. Vroeg bedje in. 's Nachts veel onweer, wind en regen maar de Gaby houdt goed stand, gelukkig.






Op naar de zon + even rust tussen de campers
Op 4/12 rijden we richting Marrakesh hopend dat in het zuiden de zon schijnt. In de namiddag vinden we de zon en rijden door naar Ben Guerir. We kamperen in een open veld: een vlakte vol met stenen, mooie rustige plaats. Geert maakt een tajine. Onder het vele maanlicht is er geen extra licht nodig, de sterren zijn massaal aanwezig, ongelooflijk! De nacht is koud maar blijft droog, we worden met de zonsopgang wakker (Geert filmt het). We zitten vlakbij de autostrade dus kunnen vandaag kilometers maken: 512 zullen het er uiteindelijk worden! We gaan richting Agadir en we voelen de zon steeds harder branden!!!
In Agadir willen we dicht bij de zee kamperen en kiezen voor camping Takat, vlakbij Sidi Bibi. We zijn blij om even de luxe te hebben om te douchen en onze kleren te wassen. Op de camping verkopen ze pintjes en wijn (iets wat onvindbaar is in Marokko) en we vinden dat we het wel verdiend hebben nu. De camping staat vol met Franse gepensioneerden die naar hier trekken voor 3 à 6 maanden met hun camper en quad. Ze zijn vriendelijk en onder de indruk van onze reis, Lucien en Gaby. Ze geven ons koekjes en tomaten want wij zijn “les jeunes”!
De man van de camping – Jacky – kent een garagist die ons kan helpen om Lucien “putklaar” te maken. We zijn te zwaar geladen en denken erover om onze achtervering te laten verstevigen. Waar we niet aan gedacht hebben: het is al vrijdagavond en zullen hier dus moeten blijven tot maandag aangezien Pascal – de garagist – niet werkt in het weekend.
Weekendje aan zee: we (lees: Geert) klussen wat aan Lucien, Griet en Els wandelen eens naar de zee (4 km), maar dat is iets minder idyllisch dan verwacht: het strand is heel vuil, er staan oude huisjes aan het water die hun beste tijd gehad hebben. Niet echt uitnodigend om te gaan relaxen. Bovendien lagen we iets te dicht bij het water en kwam de zee iets te snel op en was Griet haar handdoek helemaal nat.
We hebben nog veel groenten – onderweg kosten die echt niets; we kunnen een curverbox vullen voor 5 euro, alles wordt ook samen gewogen, 1 prijs voor alle groenten, zeer vreemd. We maken bloemkoolsoep, lekker!
(klein detail: De rekening van de camping kostte ons meer aan wijn dan aan overnachtingen...)






























Lucien de Grote wordt nog Groter
Op maandag 8/12 eindelijk naar de garage van Pascal in Agadir! Pascal kan ons diezelfde dag verder helpen met nieuwe achtervering en amortisseurs. Joepie! Om 16u is de klus geklaard, oef! Het wachten zorgde voor heel wat stress bij Geert en het stukje Agadir waar we rondhingen was ook niet echt heel gezellig. Maar! Alles is goed gekomen, Lucien ziet er lekker hoog uit en kan nu alle putten aan!
We gaan op weg – in de avondspits van Agadir: niet voor doetjes! – en proberen die dag toch verder te komen dan waar we vanmorgen vertrokken zijn (camping lag een eindje onder Agadir), we rijden tot het donker is en gaan op een veld staan. In de verte zien we autolichten maar ze blijven ver weg. Een tijd later komt er een man naar ons en probeert in zijn beste Frans ons uit te leggen dat er die nacht nog 6 andere tractoren zullen passeren om de velden rond de auto om te spitten.( of dat hij 6 velden gaat omspitten, of iets anders met een 6 en tractors...) En inderdaad, bij volle maan worden 's nachts verschillende velden rondom ons omgespit, in de Gaby lijkt het alsof ze naast ons aan het rijden zijn, in de ochtend zal blijken dat het heel ver weg was. We zien in de avond een mooie sterrenhemel met een prachtige maan.

Verder en verder naar het Zuiden en het zand
Dinsdag 9/12 was het ons doel om in Tan Tan te geraken maar we kunnen het zelfs achter ons laten en halen El Outia – even stoffig en zanderig. Griet wordt onderweg tegen gehouden door de politie: te hard gereden! 88km/u waar je maar 80km mocht rijden. De politieman die verstopt was zat wel bovenaan de heuvel, natuurlijk dat ik wat gas gaf. (= excuses van Griet) Swat, niets aan te doen, eerste boete is binnen van 300 dirham (een goede 30 euro).
We kamperen langs het strand tussen de duinen. In de verte zitten 2 vissertjes, die blijven er blijkbaar ook slapen – elke avond dan. In de ochtend moeten we wat 4x4 power gebruiken om uit de duinen te geraken, voor de eerste keer wordt de schop ook boven gehaald.
Het eerste deel van de weg gaat vlotjes, de wegen zijn goed en het landschap verandert steeds meer in zand, zand, Sahara-zand! Goede wegen zorgen dat Geert deze keer te snel rijdt – ook exact 8 km, we zijn ondertussen getraind in het omgaan met controle posten en we slaan een praatje met de agenten. Als Griet de boete heeft betaald, steekt de agent het geld terug tussen onze papieren en zegt dat we mogen doorrijden. Woehoew! Dank u Marokkaanse politie, onze vriend! De controle wordt verhoogd onderweg, we passeren een tiental posten per dag waar de agenten/soldaten gezellig praatjes maken, (“Vous venez d'ou? Quelle est votre profession? ...” ) Het komt zover dat Geert een liedje moet zingen voor de agenten aangezien hij muzikant is, dat Geert een drummer is, daar wil hij niet van weten. Het wordt dan een prachtig optreden van “Broeder Jacob”, met zelfs een stukje in het Frans!
We kamperen (voor wie de dagen bijhoudt: het is ondertussen 10/12) iets voorbij Boujdour. We gaan van de weg af en tot achter een rotsheuveltje – beetje prehistorisch landschap hier. Op de vlakte waait het erg hard. Stoofpotje als avondmaal. We hebben vandaag toch nog eens 480km kunnen rijden: het gaat vlotter dan verwacht: door de Sahara loopt een prima weg!
Op 11/12 vertrekken we vroeg: er staat veel wind, snel koffie maken en vertrekken. Deze morgen kregen we de chauffeursdeur van Lucien niet meer open: een klusje voor Geert, maar dat is in deze verschrikkelijke wind onmogelijk. Instappen zal dus nu voorlopig langs de passagiersstoel moeten (via de hendel van de autowissers, elke keer weer). Er duiken ook steeds meer en meer vliegen op; Afrika zit nu echt in de auto. Geert wordt terug tegengehouden wegens te snel rijden, deze keer 70 ipv 60 km/u, en praatjes helpen niet: boete van 300 dirham! We hebben gelukkig nog enkele euro's over en kunnen wisselen in een benzinestation vlakbij om de boete te betalen (mooi handeltje voor de benzinehouder én de politie: terwijl we de boete staan te regelen, moeten er nog 5 auto's aan de kant – van buitenlanders – toeval?)
We hebben vandaag de kaap van 500 km gerond en eindigen de dag tussen het vele witte zand: een zandweggetje leidt naar zee. Een militair komt ons tegemoet: we mogen op “zijnen oprit” kamperen zolang we maar geen foto trekken van zijn huisje (militair eigendom). We wandelen door de mooie kleine heuveltjes van witte duinen naar de zee en vinden een mooie blauwe zee. Geert probeert om te vissen en niet veel later komt de militair zijn vislijn tonen aan Geert en vissen ze zonder succes verder. We eten rijst, sperziebonen met een tomaatje en een blik zalm (dus toch vis op het menu).

In de zandbak
Op 12/12 is het eindelijk zover: we hopen vandaag uit Marokko te rijden, het was groter dan we dachten en duurde langer dan verwacht om eruit te geraken. Tijd voor iets nieuws: de Sahara!
Na 70km rijden komen we om 10u aan de grenspost. Om 13u45 kunnen we eindelijk door de poort Marokko uit. Heel de voormiddag gebeurde er weinig meer dan wachten tot er kon doorgereden worden. Aangezien onze chauffeursdeur nog niet terug open kan, is het bakken in de auto tot we weer even vooruit kunnen.
Na de poort doorzoekt de douane Lucien op alcohol en drugs. De whiskey zit goed verstopt en wordt niet gevonden (mwoehaha!). Griet haar tampons zijn een raadsel voor deze mannen, ze doen er eentje open en snappen het nog niet echt... Onze wegenkaarten van Marokko en noordelijk West Afrika zijn we kwijt: ze zijn verboden omdat er Western Sahara opstaat en niet Marokko Sahara. (Achteraf bedenken we dat we uit hun land gingen dus wat is nu eigenlijk het probleem?)
Om 14u48 rijden we Marokko buiten in het letterlijke Niemandsland.
5 km van chaos, geen duidelijke weg, gewoon wat rotsen en zand, rondscheurende Mercedessen, afval overal, en iedereen die maar rijdt om zo snel mogelijk aan de grens van Mauretanië te geraken. Blij om in de verte het gebouw van de grens van Mauretanië te zien staan. Het gaf toch niet zo een prettig gevoel om in dat Niemandsland rond te rijden.
Aangekomen in Mauretanië om 15u15. Een fiksertje (man die zonder vragen zijn diensten aanbiedt bij het helpen van de papieren) neemt ons mee in het eerste gebouwtje. Het probleem is dat we geen euro's meer op zak hebben. Onze dollars moeten omgewisseld worden naar ougouiya's die moet omgewisseld worden naar euro's om te kunnen betalen voor politie, customs, déclaration, verzekering,... Het eerste fiksertje wordt kwaad weggestuurd door Geert (hij maakt de zaak enkel nog chaotischer) We moeten wachten bij het bueautje om onze auto te importeren, dan ondertussen even langs het bureautje om onze vingerafdrukken en foto's te laten nemen voor ons visa. Dan terug naar ander bureautje... en overal wachten.
Uiteindelijk is het 17u en hebben we nog 1uur om alles geregeld te krijgen want dan sluit de grens. Het fouilleren van de auto gaat hier iets sneller dan in Marokko – Griet geeft de man een schelp als geschenk en de controle is afgerond. Na nog het regelen van een autoverzekering verlaten we om 17u52 te grenspost van Mauritanië. Net op tijd, over 8 min sluit de grens... blij maar moe beginnen we te rijden naar Nouadhibou om daar te overnachten op camping Abba, wildkamperen in Mauretanië lijkt ons iets te link. Onderweg nog eens een 6tal controleposten waar we een identiteitsfiche afgeven met al onze gegevens. Aangekomen op de camping, gaan we uit eten (met wifi!) om onze 14dagen-verjaardag te vieren.

13/12: Vandaag is het de grote dag van Lucien: we passeren de 5000km stand op de auto!!! – sinds we vertrokken zijn, de echte Lucien-teller staat op 297.000 ( al hebben we ontdekt dat Lucien eigenlijk 10% meer km aflegt met zijn grote banden)
We rijden vandaag van noord naar zuid door Mauritanië. Rijden, rijden, door zand rijden, rijden, hete zon, zand en ga zo maar door.. het landschap is adembenemend maar om er in te rijden gaat het snel vervelen. De weg is wel super dus kunnen we goed doorrijden: het gaat eindeloos rechtdoor. Onderweg worden we zo een 15 keer tegen gehouden bij controlepostjes. We overnachten op een mooi strandje nabij Nouakchott (=hoofdstad), in een nomadententje op een Club Med-achtig resort. Mooi plekje! Geert heeft nu tijd om de voordeur van Lucien te maken (toch handig om langs de juiste deur naar buiten te kunnen) en ondertussen mogen we van de restauranteigenaar ons stoofpotje klaarmaken in zijn keuken. Diner op ons picknicktafeltje op het strand dat we ondertussen helemaal voor ons alleen hebben: zalig! We zitten nog steeds in de zandbak, maar dit voelt toch even iets anders aan.
Zondag 14/12 willen we Mauritanië uit, we hebben genoeg van het zand. Hoewel we langs Diama via de dam naar Senegal willen gaan, is er al een fiksertje (“Mohammed Aly” no kidding) gealarmeerd dat er 3 Belgen op weg zijn naar de grens. Ze staan ons op te wachten op het kruispunt Rosso/Diama. Diama grens is al dicht ( we zijn laat omdat we vanmorgen een uur verloren zijn bij het zoeken van een geldautomaat) in de hoofdstad) dus wordt het Rosso met de boot. Ook de rest van de dag volgt daar een gevecht met de fiksertjes, wachten, van kantoortje naar kantoortje, veel te veel geld betalen, uiteindelijk kunnen we om 16u op de ferry. In Senegal volgt dan het volgende geregel, gelukkig hadden we al visa op zak en vanaf hier telt de Carnet de passage voor Lucien – dat maakt het ook wat vlotter.
Ons fiksertje heeft een jongetje de opdracht gegeven om op Lucien te passen terwijl we onze visa biometrisch in orde maken. Wanneer Els en Griet later gaan kijken heeft hij Lucien gewassen. Oh NOOO! Els en Griet worden boos (echte dramaqueens zijn we soms), we willen Lucien niet kuisen, hij zag er juist stoer uit als hij vuil was. We betalen hen ook niet voor het wassen, we hebben het niet gevraagd; nèh!

Om 17u beginnen we nog aan een tocht van meer dan 100km om in Saint Louis te geraken, we gaan er overnachten in de Zebrabar. Er zouden regelmatig overlanders komen en misschien kunnen we wat van gedachten wisselen over de komende route. We volgen een donkere weg en komen uiteindelijk in een natuurpark aan. Hoewel het donker is horen we de zee dichtbij, staan de pintjes koud klaar en eten we mee met de pot couscous. Welkom in Senegal! Hier gaan we even blijven plakken...  

1 opmerking: